Schoenen uit

Middenin 't leven, toostend op het Leven!

Slechts op bezoek

Sinds begin 2025 kom ik af en toe in de gevangenis. Tijdelijke opdrachten om het team geestelijk verzorging te versterken. Bij mijn eerste taak werd ik door mijn rooms katholieke collega voorgesteld als de inval dominee. Het woord inval omdat het elke keer tijdelijk is. Het woord dominee laat zien dat deze inval anders is dan die van de mannen met de pet buiten de muren. Draaideurdominee zou ook kunnen, maar ik houd het binnen de muren maar even op dominee. 

‘Wat ga je daar doen?’ vroegen de kinderen toen ik vertelde dat ik de gevangenis in ging en niet meer hun meester zou zijn. Tja, wat doe je eigenlijk als geestelijk verzorger in de gevangenis? Voor mij een nieuw vakgebied en een mooie kans om te ontdekken of ik er op mijn plek zou zijn. Zou ik het leuk vinden, zou het werken?
Ik hoop in een paar blogs een klein inkijkje te geven in het werken in de gevangenis. Een blik in de bak. Een blik van buiten naar binnen…maar ook naar boven! Loop je ff mee?

Als ik bij de gevangenis aankom, moet ik een heel aantal deuren door voor ik op de plek ben waar ik de bewoners kan ontmoeten. Dat lijkt een open deur en dat is het voor mij inderdaad ook. Eerst een bakje koffie voor ik aan de bak ga. Dan check ik het dagprogramma om te kijken wie ik op welk moment kan spreken. Binnen de muren kan ik mij redelijk vrij bewegen van afdeling naar afdeling. Voor hen is dat anders. Zij zijn altijd afhankelijk van toestemming van anderen of van het programma dat er voor hen klaarligt. Een programma dat ze niet zelf bepalen. En dat is in veel gevallen een groot verschil met de agenda die ze hadden toen ze nog niet binnen zaten. De tijd die ik met een bewoner kan doorbrengen, is in die zin beperkt. Het is vaak in hun eigen, iets meer vrijere tijd. Ik vind het dan ook een voorrecht als ik welkom ben.  

Wat ik ook een voorrecht vind, is dat ik elke keer weer door al die deuren naar buiten mag lopen. Na een dag van gesprekken op de afdeling, hun cel, de luchtplaats of op de plek waar we als geestelijk verzorgers zitten, mag ik naar huis. Ik pak mijn tas en ga naar mijn thuis waar de mensen zijn waar ik van houd. Als je binnen zit, mag je je dierbaren bellen of ze kunnen op bezoek komen. Maar daar zit altijd een tafel tussen en een paar ogen die meekijken. 
Voor ik afsluit, check ik of alles klaar is. Liturgieboekjes voor zondag liggen klaar, de koster heeft stilteruimte al ingericht voor de kerkdienst. De rest komt zondag. Als ik mijn werkplek afsluit en langs een van de afdelingen loop, roept iemand: ‘Goed weekend!’ Ik aarzel. Hoe goed zal hun weekend zijn? Toch roep ik: ‘Jij ook!’ want ik hoop oprecht dat ze allemaal hierbinnen ook een goed weekend hebben. 

Het kanskaartje dat ik van een leerling kreeg bij mijn afscheid, heb ik niet nodig bij het uitchecken. Deur na deur gaat weer voor me open. Ze brengen me stuk voor stuk dichter bij thuis…en reken ik me rijk. Want, ik ben slechts op bezoek! 

Verder Bericht

Laat een reactie achter

© 2025 Schoenen uit

Thema door Anders Norén